België loopt in directe kredietverlening achter op buurlanden

Lenen bij niet-bancaire instellingen

Door de strengere regels in de nasleep van de financiële crisis hebben veel banken hun kredietstrategieën gewijzigd. Daarom wordt in onze buurlanden, zoals het VK, Frankrijk en Nederland, een beroep gedaan op directe kredietverlening. Het gaat om leningen die worden verstrekt door niet-bancaire instellingen.

Direct lending vooralsnog niet populair in België

In België loopt het vooralsnog niet zo’n vaart. Dit wegens de meer conservatieve benadering van bedrijven en aandeelhouders inzake financiering en de zware concurrentie tussen de vier grote Belgische banken die in dit segment actief zijn. “Maar als we kijken naar de actuele trends op de ruimere West-Europese financieringsmarkten zal direct lending naar verwachting ook een groeiende belangstelling kennen in België. Met de invoering van meer regelgeving, zoals Basel IV, wordt aangenomen dat het krediet- en tariefbeleid van de Belgische banken voor meer risicodragende leningen niet houdbaar is op lange termijn,” verklaart Sebastiaan Preckler, Head of Debt and Capital Advisory bij Deloitte België.

Niet langer houdbaar

In België is de dynamiek van vraag en aanbod nog steeds gunstig voor zakelijke kredietnemers. Leningen zijn gemakkelijk te verkrijgen, want vier grote binnenlandse banken beconcurreren elkaar in een relatief kleine markt.

Gunstige voorwaarden voor kredietnemers

Dit geldt ook voor het meer risicovolle segment van hoge rendementen binnen de financieringsmarkt, waarin direct lenders actief zijn. Aangezien de Belgische banken royale liquiditeiten voorhanden hebben, maar voldoende investeringsopportuniteiten missen om extra rentebaten te genereren, werkt de hevige concurrentie tussen de banken om LBO’s of leveraged buy-outs (met schulden gefinancierde overnames) te financieren in de Belgische middenmarkt momenteel gunstige leenvoorwaarden voor de kredietnemers in de hand.

Competitief banklandschap houdt directe kredietverleningstransacties beperkt

Het competitieve banklandschap leidt ertoe dat directe kredietverleningstransacties beperkt blijven: sinds de start van de Alternative Deal-tracker van Deloitte in 2012 werden er slechts 23 deals geregistreerd. Het VK is goed voor 38 procent (of 664 deals) van de totale transacties met directe kredietverlening in de EU, gevolgd door Frankrijk en Duitsland, die respectievelijk 25 pocent (382 deals) en 11 procent vertegenwoordigen. In Nederland is directe kredietverlening steeds meer aanwezig; tot dusver werden er 101 transacties opgetekend.

“We zien nog steeds een kloof inzake tarifering van meer dan 1,5 tot 2,0 procent tussen traditionele banken en direct lenders. Dit betekent dat lenen bij de bank nog steeds competitief blijft voor de meeste transacties waarin directe kredietverstrekkers actief zijn,” aldus Preckler. “Maar als dit verandert en we dichter gaan aanleunen bij de Europese kredietvoorwaarden met hogere tarieven en minder kredietaanbod, zal directe kredietverlening een competitief, relevant en geldig alternatief worden voor financiering via traditionele banken in België.”

Lees meer artikels over Financiering