Aansluiting bij sociaal verzekeringsfonds

Als tegenprestatie voor deze dekking moet de zelfstandige ondernemer of de bestuurder van vennootschappen elk kwartaal sociale bijdragen betalen. De grootte van de kwartaalbijdrage varieert naargelang de grootte van het netto beroepsinkomen van het refertejaar. Het is bovendien afhankelijk van de wijze waarop de zelfstandige activiteit wordt uitgeoefend: in hoofdberoep, in bijberoep of als gepensioneerde.

Hoofdberoep of bijberoep

Je bent zelfstandige in hoofdberoep wanneer je zelfstandig beroep je voornaamste of enige bron van inkomsten is. Oefen je naast je zelfstandige activiteit ook nog een ander beroep uit, dan word je als zelfstandige in bijberoep beschouwd.

Het is niet het inkomen of de tijd, die doorslaggevend zijn voor het bepalen van de wijze waarop de zelfstandige activiteit wordt uitgeoefend. Je bent zelfstandige in bijberoep als je activiteit als werknemer minstens halftijds is. In het onderwijs komt dit overeen op 6/10 van een volledige uurrooster. In de openbare sector minstens 200 dagen of 8 maanden per jaar.

Personen die naast de uitoefening van hun zelfstandige activiteit genieten van een opzeggingsvergoeding wegens ontslag, of personen die een brugpensioen genieten, kunnen soms beschouwd worden als zelfstandigen in bijberoep. Dergelijke specifieke gevallen worden individueel onderzocht door het sociaal verzekeringsfonds.

Groot verschil in bijdragen

Er is een belangrijk en groot financieel verschil in de sociale bijdragen van zelfstandige in hoofdberoep en in bijberoep.

Als zelfstandige in hoofdberoep gaat men er van uit dat je een inkomen hebt waarop je reeds bijdragen betaalt, ook al verdien je in realiteit minder.  Als zelfstandige in bijberoep kijkt men naar het effectieve inkomen. Daarop betaal je bijdragen. Wanneer het om een laag inkomen gaat, dan betaal je als zelfstandige in bijberoep helemaal geen bijdragen.

De regularisatie

Aangezien het RIZIV tijdens de eerste drie activiteitenjaren niet over je referte-inkomen beschikt, val je onder een forfaitair stelsel. Het referte-inkomen is gelijk aan het netto aangegeven inkomen van de drie voorafgaande jaren. Netto inkomen wil zeggen: bruto inkomen, verminderd met de beroepsuitgaven vóór belastingaftrek.

De regularisatie volgt pas na drie jaar op het moment dat de fiscus je beroepsinkomen meedeelt aan het sociaal verzekeringsfonds. Op dat ogenblik worden je sociale bijdragen definitief berekend en moet je het verschil tussen de voorlopige en de definitieve bijdrage bijbetalen. Dit noemt men de regularisatie.

Informeer je nader bij een sociaal verzekeringsfonds want het heeft voordelen om een voorlopige bijdrage te betalen die berekend is op je vermoedelijk beroepsinkomen.

Aansluiten van de vennootschap bij een sociaal verzekeringsfonds

In 1992 werd een bijzondere bijdrage ten laste van de vennootschappen ingevoerd, die vandaag nog altijd van toepassing is. De vennootschappen zijn verplicht binnen de drie maanden na de oprichting, aan te sluiten bij een sociaal verzekeringsfonds en een jaarlijkse bijdrage te betalen.

De betaling van deze bijdrage opent evenwel geen rechten in het sociaal statuut voor zelfstandigen.

Sociale verzekeringsfondsen voor zelfstandigen

De lijst van de sociale verzekeringsfondsen voor zelfstandigen vindt u op deze algemene website van de overheid. Op de individuele websites van deze sociale verzekeringsfondsen voor zelfstandigen vindt u het kantoor dat het dichtst in uw buurt gevestigd is.

Info
www.rsvz-inasti.fgov.be/nl/contact/list_insurance_companies.htm

Bron: kmo-starter 2010