Belangrijke wijzigingen voor jouw kmo en financiën in 2025: mis ze niet!
Welke veranderingen in het begin van dit jaar hebben invloed op jouw kmo, vastgoed, bankzaken, verzekeringen of belastingen? Ze kunnen een grote impact hebben op je financiële strategie en planning. Wil je zeker weten dat je niets over het hoofd ziet? Raadpleeg je boekhouder voor advies over deze nieuwe regels.
Wat wijzigt er voor je kmo?
Langere opzegtermijn bij ontslag
Ontsla je een werknemer die vóór 2014 in dienst trad? Dan geldt drie weken extra opzegtermijn. Voor deze werknemers wordt de opzegtermijn in twee delen berekend. Het eerste deel bepaalt de termijn alsof de werknemer op 31 december 2013 uit dienst ging. Het tweede deel gebruikt een tabel vanaf 1 januari 2014, waarbij de anciënniteit vanaf dat moment op nul start. Dit tweede deel stijgt van 33 weken in 2024 naar 36 weken in 2025 door de toegenomen anciënniteit.
Bedrijfswagens: hogere CO2-solidariteitsbijdrage
Werkgevers betalen een CO2-solidariteitsbijdrage voor bedrijfswagens die privé worden gebruikt. Vanaf 1 januari 2025 stijgt de geïndexeerde basisbijdrage: €37,33 voor wagens aangeschaft na 1 juli 2023 en €33,22 voor wagens van vóór 1 juli 2023. De indexatiecoëfficiënt wordt 1,5948. Voor wagens met CO2-uitstoot gekocht na 1 juli 2023 geldt bovendien een ‘CO2-multiplicator’ van 2,75.
Fossiele bedrijfswagens duurder
Voor het privégebruik van een bedrijfswagen betalen werknemers en bedrijfsleiders belasting via het voordeel van alle aard (VAA). Dit bedrag hangt af van de CO2-uitstoot. Door de opkomst van elektrische wagens daalt de referentie-uitstoot, waardoor het VAA stijgt en meer bedrijfsvoorheffing moet worden ingehouden. Let wel, de leeftijd van de wagen beïnvloedt ook het VAA: hoe ouder de wagen, hoe lager het voordeel. Deze correctie beperkt deels het effect van de dalende referentie-uitstoot.
Maximale aantal uren studentenarbeid: 475 uur
Vanaf 1 januari 2025 daalt het maximumaantal uren studentenarbeid terug naar 475 uur per jaar. In 2023 en 2024 was dit tijdelijk verhoogd naar 600 uur als coronasteunmaatregel. Studenten kunnen deze uren vrij verdelen over het jaar en verschillende werkgevers. Bij overschrijding van de 475 uren gelden hogere sociale bijdragen en kan in sommige gevallen het recht op kinderbijslag vervallen. Elk jaar begint de urenteller opnieuw vanaf nul. Deze regels worden bepaald door de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid (RSZ).
Andere wijzigingen uit artikel 2:
Uitstel Federal Learning Account (FLA)
De deadline voor werkgevers om opleidingen en opleidingsrechten te registreren in de Federal Learning Account (FLA) is uitgesteld tot 1 april 2025. De registratieplicht en de FLA-tool blijven voorlopig behouden. Eventuele verdere wijzigingen worden overgelaten aan de volgende federale regering.
Lagere werkgeversbijdrage voor SWT’ers
Het SWT-stelsel (het vroegere brugpensioen) wordt opnieuw goedkoper voor werkgevers. De werkgeversbijdragen zakken – bij gebrek aan nieuwe wetgeving – weer naar het niveau van 2022, nadat ze voor 2023 en 2024 verhoogd waren. De lagere bijdragevoeten worden automatisch toegepast vanaf 2025.
Lijst e-facturatie software
Vanaf 2026 worden gestructureerde e-facturen tussen ondernemingen verplicht. Om ondernemers te ondersteunen, heeft de overheid een lijst samengesteld met betrouwbare e-facturatiesoftware die voldoet aan de nieuwste standaarden. Digitale investeringen krijgen vanaf 2025 een boost met 20% aftrek en tot 2027 een kostenaftrek van 120% op e-facturatiesoftware-abonnementen. Deze voordelen maken de overstap naar Peppol eenvoudiger én financieel aantrekkelijk.
Werknemers minder goed beschermd
Vanaf 1 januari 2025 kunnen klanten van een werkgever de werknemers rechtstreeks aansprakelijk stellen. Tot nu toe moest de klant zich tot de werkgever wenden, maar die verplichte omweg valt weg. Via clausules kun je de rechtstreekse buitencontractuele aansprakelijkheid van werknemers grotendeels uitschakelen.
Vrijstelling doorstorting bedrijfsvoorheffing bij uitzendarbeid
Bij ploegen- of nachtarbeid hoeft een deel van de bedrijfsvoorheffing niet naar de fiscus. Sinds oktober 2022 is hiervoor akkoord van de klant-gebruiker vereist. Vanaf 1 januari 2025 moet een schriftelijke overeenkomst tussen uitzendkantoor en klant-gebruiker worden opgesteld, met bewijsplicht over het werkregime van de uitzendkracht.
Gegevensoverdracht voor flexi-jobbers
Vanaf 1 januari 2025 moeten werkgevers loongegevens van flexi-jobbers doorgeven aan de RSZ. Flexi-jobbers kunnen via www.mycareer.be hun verdiende bedrag controleren. Bij een jaarinkomen boven €12.000 aan flexi-loon wordt bedrijfsvoorheffing ingehouden op het overschrijdende bedrag. Voor gepensioneerden met een flexi-job geldt deze limiet niet.
Grensbedragen loonbonus (cao 90) voor 2025
Met een cao 90-loonbonus beloon je werknemers voor collectieve prestaties, zoals minder verzuim of een omzetdoel. De bonus is in 2025 begrensd op €4.164 bruto, met 13,07% solidariteitsbijdrage voor werknemers en 33% patronale bijdrage. Als je het fiscale grensbedrag van 3.622 euro voor 2025 respecteert, is er geen bedrijfsvoorheffing verschuldigd. De cao 90-bonus is bovendien aftrekbaar in de vennootschapsbelasting.
Leasefietsen in onderwijs
Personeelsleden van het Vlaams onderwijs kunnen vanaf 1 januari 2025 hun bruto eindejaarstoelage omzetten in een 'flexbudget’. Dat kunnen ze volledig of gedeeltelijk gebruiken om een fiets te leasen. De formule staat enkel open voor personeelsleden met een eindejaarstoelage van Agodi/Ahovoks. Een bijkomende voorwaarde is dat het schoolbestuur een regeling voor fietsleasing heeft ingevoerd.
Wat wijzigt er voor je vastgoed?
Renovatieplicht in Vlaanderen versoepeld
Sinds 2023 moeten kopers van woningen met EPC-label E of F deze renoveren tot minstens label D. De geplande verstrenging naar label A tegen 2040 is geschrapt; label D blijft het doel. De maximale renovatietermijn is verlengd van vijf naar zes jaar.
Renovatiepremies
Vanaf 1 januari dalen de verbouwpremies voor dakwerken, isolatie, vloeren en vervanging van ramen en deuren. Premies voor warmtepompen, warmtepompboilers en zonneboilers blijven ongewijzigd. De EPC-labelpremie wordt inkomensafhankelijk en is bedoeld voor renovaties naar betere labels. Aanvragen kan vanaf 6 januari via de overheidswebsite Mijn Verbouwloket.
Verlaagde registratierechten in Vlaanderen
Vanaf 1 januari 2025 verlagen de registratierechten voor de enige en eigen woning in Vlaanderen van 3 naar 2 procent, gebaseerd op de datum van de akte. Het voordeeltarief van 1 procent voor energetische renovaties of sloop/heropbouw stijgt ook naar 2 procent. Het tarief voor beroepsverkopers, zoals vastgoedmakelaars, gaat van 4 naar 6 procent voor onderhandse verkoopovereenkomsten afgesloten vanaf 1 januari 2025. In het verlengde van de hervorming van de registratiebelasting wordt ook het gunstregime voor de schenking van gebouwen die ingrijpend energetisch gerenoveerd worden, vanaf 1 januari 2025 stopgezet.
Verlenging overgangsregeling btw bij sloop en heropbouw
Voor sloop en heropbouw geldt onder bepaalde voorwaarden een verlaagd btw-tarief van 6% in plaats van 21%. Sinds 2024 is er een permanente regeling voor woningen tot 200 m² die met aannemers worden gebouwd, waarbij de eigenaar geen andere woningen mag bezitten. Deze regeling is niet van toepassing op verkopen door projectontwikkelaars of sleutel-op-de-deurbedrijven. De overgangsregelingen, die oorspronkelijk eind 2024 zouden aflopen, zijn verlengd tot juni 2025. Deze regelingen bestaan uit twee onderdelen:
Voor projectontwikkelaars, bouwpromotoren en sleutel-op-de-deurbedrijven. Zij kunnen nog steeds 6% btw hanteren, op voorwaarde dat de omgevingsvergunning voor het project vóór 1 juli 2023 werd aangevraagd. Voor projecten in 32 centrumsteden. Hier geldt een overgangsregeling voor projecten waarvoor de omgevingsvergunning vóór 1 januari 2024 werd aangevraagd. De voorwaarden binnen deze steden zijn strikter dan in de permanente regeling. Zo konden in deze regeling bijvoorbeeld ook tweede verblijven profiteren van het verlaagde btw-tarief.
Korting op onroerende voorheffing verdwijnt
In Vlaanderen verdwijnt vanaf 1 oktober 2025 de korting op de onroerende voorheffing voor energiezuinige woningen. Deze korting geldt momenteel vijf jaar voor ingrijpende renovaties en gedeeltelijke herbouw. Voor vergunningen vóór 1 oktober 2025 blijft de huidige regeling behouden.
EPC-plicht voor grote niet-residentiële gebouwen
Sinds 2023 is een EPC NR vereist bij verkoop of verhuur van niet-residentiële gebouwen zoals kantoren en winkels. Vanaf 1 januari 2025 geldt deze plicht ook voor gebouwen met meer dan 1.000 m² bruikbare vloeroppervlakte, zelfs zonder transactie.
Geen aardgasaansluitingen bij nieuwbouw
Vanaf 1 januari 2025 is een aardgasaansluiting niet langer toegestaan in vergunningsaanvragen voor nieuwbouwwoningen. Aardgasaansluitingen waren al verboden bij grotere projecten; vanaf nu geldt dat verbod bij alle nieuwbouw.
Kotlabel
Vanaf 1 januari 2025 komt er een keurmerk voor Vlaamse koten om kwaliteit en veiligheid te vergelijken. Verhuurders moeten attesten hebben voor vergunningen, brandveiligheid en woningkwaliteit. Gemeenten beslissen zelf of ze het kotlabel invoeren, verplicht stellen of vrijblijvend houden.
Wat wijzigt er voor je betalingen, verzekeringen en spaarproducten?
Flitsbetalingen als norm vanaf 2025
Vanaf januari 2025 moeten alle banken in de EU inkomende flitsbetalingen aanvaarden, en vanaf oktober 2025 ook verzenden. Flitsbetalingen worden binnen enkele seconden verwerkt, zelfs 's nachts of op feestdagen, zodat het geld binnen enkele seconden op de rekening van de begunstigde staat. De kosten van flitsbetalingen mogen niet hoger zijn dan die van standaardoverschrijvingen.
Banken verlagen getrouwheidspremie
Belgische banken verlagen vanaf 1 januari de getrouwheidspremie, een gevolg van de Europese renteverlaging. Wettelijk mag deze premie maximaal de helft van de basisrente bedragen, wat neerkomt op 1,7% bij een basisrente van 3,40%. Belfius, KBC en BNP Paribas Fortis hebben al verlagingen aangekondigd.
Wachttijd schuldsaldoverzekering na kanker verkort
Vanaf 1 januari 2025 wordt de wachttijd voor schuldsaldoverzekeringen na kanker verkort van 8 naar 5 jaar. Dit betekent dat verzekeraars bij het toekennen ervan na vijf jaar geen rekening meer mogen houden met een succesvolle kankerbehandeling. Dit ‘recht om vergeten te worden’ was al van toepassing voor jongeren onder 21 jaar en is vanaf 1 januari ook van toepassing voor wie ouder is.
Hospitalisatieverzekering duurder
Hospitalisatieverzekeringen mogen jaarlijks worden geïndexeerd op basis van de medische index. In 2025 stijgen premies gemiddeld met 13,36% voor eenpersoonskamers en met 7,09% voor meerpersoonskamers. Voor ambulante zorg en tandzorg stijgt de index met respectievelijk 6,47% en 2,72%. Premieaanpassingen gelden alleen op de vervaldag van het contract.
Wat wijzigt er voor je BTW en belastingen?
Aangepaste btw-regels:
Verlengde termijn voor kwartaalaangifte
De deadline voor het indienen en betalen van kwartaalaangiftes verschuift van de 20e naar de 25e dag van de maand die volgt op het aangiftetijdvak. Hierdoor krijgen belastingplichtigen meer tijd om aan hun verplichtingen te voldoen.
Afschaffing van de btw-rekening-courant
De btw-rekening-courant, waarmee btw-tegoeden en -schulden werden beheerd, wordt afgeschaft. Dit geldt ook voor de bijzondere rekeningen die gebruikt werden bij te late indiening of betaling.
Invoering van de provisierekening
De provisierekening vervangt de btw-rekening-courant. Deze nieuwe rekening dient om btw-tegoeden te beheren die niet direct worden teruggevraagd. Tot 1 mei 2025 blijft de oude rekening toegankelijk voor inzage in tegoeden. Daarna verloopt het beheer volledig via de provisierekening.
Domiciliëring van btw-betalingen
Vanaf begin 2026 kunnen belastingplichtigen ervoor kiezen om btw-schulden automatisch via domiciliëring te betalen.
Nieuwe procedure voor btw-teruggave
Btw-krediet dat voortkomt uit een periodieke aangifte kan voortaan alleen via rooster 72 worden teruggevraagd. Krediet dat niet wordt teruggevraagd, wordt automatisch overgezet naar de provisierekening (mits dit minstens €2,50 bedraagt). Tot mei 2025 blijft het oude systeem voor terugbetalingen actief.
Automatische maandelijkse btw-teruggave
Vanaf 1 januari 2025 wordt de maandelijkse btw-teruggaveprocedure automatisch toegepast voor alle maandaangevers. De bestaande vergunningen voor maandelijkse teruggaaf worden daarbij afgeschaft.
Snellere btw-terugbetaling
De terugbetalingstermijn voor kwartaalaangevers blijft maximaal drie maanden na het aangiftetijdvak. Voor maandaangevers wordt deze termijn vanaf 2025 verkort tot twee maanden. Bij gebruik van de provisierekening wordt het tegoed binnen één maand na aanvraag uitgekeerd.
Vervangende btw-aangifte bij niet-indiening
Bij het niet-indienen van een btw-aangifte (meer dan drie maanden na het aangiftetijdvak) stelt de administratie een vervangende aangifte op. Het verschuldigde bedrag wordt bepaald op basis van het hoogste btw-bedrag uit de laatste 12 maanden, met een minimum van €2.100. Dit dient als stimulans voor tijdige indiening.
Wettelijke antwoordtermijn
Bij vragen om inlichtingen op btw-gebied wordt een wettelijke antwoordtermijn ingevoerd. In standaardgevallen bedraagt deze termijn één maand. Voor dringende situaties, zoals controles op teruggaaf of risico's voor de Schatkist, kan de termijn worden verkort tot 10 dagen.
Beperking van correcties in aangiften
Vanaf 2025 mogen correcties in btw-aangiften alleen worden ingediend vóór de aangiftetermijn of in de eerstvolgende aangifte na ontdekking van de fout. Het opnieuw indienen van aangiften voor eerder afgesloten tijdvakken is niet meer toegestaan. Deze regel geldt vanaf de aangiften voor december 2024 of het vierde kwartaal van 2024.
Fiscaal voordeel spaarders en beleggers
Wie aan pensioensparen doet, en voor de belastingvermindering van 30 procent kiest, kan in 2025 maximaal 1.050 euro storten in plaats van 1.020 euro. Voor een belastingvermindering van 25 procent gaat het maximale bedrag met 40 euro omhoog tot 1.350 euro. Ook de fiscale korf van het langetermijnsparen wordt groter. Het maximale bedrag waarop een belastingvermindering van 30 procent van toepassing is, wordt met 80 euro verhoogd tot 2.530 euro. Het langetermijnsparen levert een belastingvermindering op voor stortingen in bepaalde levensverzekeringen en voor aflossingen van leningen voor een tweede verblijf die aangegaan zijn voor 2024. Voorts zullen meer dividendinkomsten vrijgesteld zijn van roerende voorheffing, de belasting op roerende inkomsten. In 2025 kunt u de roerende voorheffing op maximaal 859 euro aan dividenden recupereren, tegenover 833 in 2024.
Nieuwe regels voor wie investeert
Vanaf 1 januari 2025 veranderen de investeringsregels voor zelfstandigen en vennootschappen. Terwijl vroeger zo goed als alles in aanmerking kwam voor de investeringsaftrek, zult u of uw boekhouder voortaan goed moeten controleren of dat nog altijd zo is. Investeringsaftrek wordt eenvoudiger met drie categorieën: een basisaftrek, een technologieaftrek en een thematische aftrek. Deze aftrekken zijn niet combineerbaar. Voor eenmanszaken en kmo’s stijgt de basisaftrek naar 10% (nu 8%), plus 20% aftrek voor digitale investeringen zoals software en beveiligingssystemen. De technologieaftrek vervangt bestaande voordelen voor onderzoek en ontwikkeling. Vaste tarieven gelden: 13,5% voor eenmalige aftrek en 20,5% voor gespreide aftrek. Voor groene investeringen kunnen kmo’s en eenmanszaken 40% aftrekken, grote bedrijven 30%. Dit geldt voor projecten zoals vergroening van terreinen en het verwijderen van verhardingen. De lijsten van in aanmerking komende investeringen worden nog uitgewerkt.
Fiscale boost voor aanwervingen in ‘steunzones’
Bevindt je bedrijf zich in een steunzone? Ontdek dan of je voordeel kunt halen bij je volgende aanwerving. Bedrijven in Vlaamse steunzones kunnen genieten van een fiscale stimulans: een vrijstelling van 25% op de bedrijfsvoorheffing gedurende twee jaar per nieuwe werknemer. Sinds 1 november 2024 zijn deze steunzones uitgebreid naar bepaalde regio's in West- en Oost-Vlaanderen.
Belangrijke voorwaarden:
- Het voordeel geldt uitsluitend voor bedrijven binnen de steunzones.
- Het geldt enkel voor aanwervingen die volgen op investeringen.
- Dien het aanvraagformulier in binnen drie maanden na de investering bij de fiscus.
De regels voor schenkingen wijzigen
De Vlaamse regering verlengt vanaf 1 januari 2025 de 'verdachte periode' bij niet-geregistreerde schenkingen van roerende goederen (geld, aandelen, kunst, …) van drie naar vijf jaar. Dit betekent dat erfbelasting verschuldigd is als de schenker binnen vijf jaar na de schenking overlijdt. De maatregel geldt niet voor schenkingen van vóór 2025. Voor de erfbelasting zijn de regels afhankelijk van het gewest waar de schenker de laatste vijf jaar het langst woonde.
Bronnen: Mijn Tips & Advies, SD Worx, VLAIO , De Standaard, De Tijd en Trends
Stel een vraag
aan een specialist
Heeft u vragen? Wij helpen u graag verder.
Ook interessant
Belangrijke wijzigingen in 2025: alles wat je moet weten!
Begin 2025 verandert er veel voor je werknemers, pensioen, energie en gezinsbudget. Den...
Interessante bedrijven
Agentschap Innoveren & Ondernemen