Maak je geen illusies: het aantal auto’s zal niet afnemen

Mobiliteit

Een goed en performant functionerende maatschappij heeft enkele basisbehoeften waaraan voldaan moet worden om een efficiënte werking mogelijk te maken. Misschien wel de moeilijkst te realiseren voorwaarde is het verzorgen van de mobiliteit. We zijn nu eenmaal met teveel op onze wegen. Als in een discotheek die slechts vergunning heeft voor duizend personen, meerdere mensen zich aanbieden aan de ingang, dan zijn de veiligheidsdiensten verplicht te wachten tot er mensen het pand verlaten om net evenveel nieuwe bezoekers toegang te verlenen. We kunnen ons niet voorstellen dat ons wegennet op dezelfde manier beheerd zou worden.

Elders in dit blad publiceren we een paneldebat dat wij organiseerden met de sector van de haven, transport en logistiek. Zij zijn de eerste die benadeeld worden door de gebrekkige mobiliteit van het ogenblik. Deze sector wordt ook verantwoordelik gesteld voor het verkeersinfarct dat we voortdurend met z’n allen ondergaan. De ware boosdoeners blijken de marketeers en de consumenten te zijn die geen geduld meer hebben, die alles onmiddellijk willen. De slogan van de transportsector spreekt boekdelen: zonder transport geen eten op ons bord.

Alle partijen die verantwoordelijk zijn voor het wegtransport moeten meer met elkaar overleggen, moeten meer begrip tonen voor elkaars behoeften. Maar de uiteindelijke beslissing ligt altijd bij de politiek. En het is uitgerekend onze politici die op dit ogenblik de grote stoorzender zijn voor een meer doeltreffende mobiliteit. Ons wegennet ligt er vaak belabberd bij omdat herstellingen al te makkelijk uitgesteld worden. Maar dat verandert natuurlijk niets aan de essentie. Vroeg of laat wordt een dossier toch dringend, zijn de gaten in het wegdek te groot, zijn de verlichtingspalen helemaal doorgeroest, zijn de wegmarkeringen onzichtbaar. De calvarie die de zogenaamde Lange Wapper de voorbije tien à twaalf jaar heeft meegemaakt, is een schande voor het (politiek) beleid van het land want hieruit blijkt dat dossierkennis een zeldzaam verschijnsel geworden is bij onze beleidsmensen. Weldra zulen we moeten vaststellen dat de “studiekosten” die aan de Lange Wapper zijn voorafgegaan, duurder zijn dan de aanleg van het wegennet, onafhankelijk of het nu een brug of een tunnel wordt. Eén ding is zeker: de oplossing is nog altijd niet in zicht.

“Het aantal auto’s zal niet afnemen”

Ook over de mobiliteit van de toekomst gingen we ons licht opsteken bij trend- en toekomstonderzoeker Herman Konings. Misschien brengt hij ons een andere kijk op de mobiliteit van de toekomst.

Onze wegen slippen dicht. Onze files breken herhaaldelijk records. Het potje met daarin het zenuwstelsel van de automobilisten kookt hoe langer hoe makkelijker over en toch werden er nooit meer auto’s verkocht dan in 2010 en ziet 2011 er nog beter uit? Hebben we geen drastische maatregelen nodig om de verbetering van onze mobiliteit te verzekeren?

Herman Konings: “Absoluut, we zouden kunnen nadenken over een brug over de Schelde, bijvoorbeeld (knipoog). Maak je geen illusies: het aantal auto’s zal niet afnemen, integendeel. Ook vrouwen zijn met de auto beginnen rijden en hoeveel jongeren rijden er niet met  een wagentje naar de universiteit? Zestig procent van de werkende mensen is actief in de kennis- en dienstensector, een sector waarvoor openbaar vervoer niet vanzelfsprekend is. Carpoolen lukt ook niet. Je hebt in deze sector te maken met gespecialiseerde taken. Ook al werk je in Brussel, je kan je buurman niet meenemen, want dan word je afhankelijk van elkaar. Je agenda is immers fluctuerend. Je wacht niet op je buurman die nog vastzit in een vergadering. De kennis- en dienstensector is ook een sector waar een praatcultuur geldt. Als je dan uitgepraat bent, en om 17 uur naar huis gaat, wil je nog niet eens zitten kakelen onderweg, om thuis opnieuw gekakel te aanhoren. Je hebt buffers nodig onderweg. Je moet even tot rust kunnen komen: koptelefoon op in de trein, radio op in de wagen, boekje lezen, krantje lezen, even rust, zodat je de gevreesde burn-out vermijdt. Er dreigt een verkeersinfarct. We zullen aan een meer efficiënte manier van transportverdeling moeten doen. Meer transport over het water en over de ijzeren weg, langere vrachtwagens, verpakkingen herbekijken, afspraken maken.”

Er wordt wel zeer geleidelijk werk gemaakt van verkeersluwe zones. Is dat een oplossing?

“Steden worden inderdaad langzaam aan verkeersluw. Oplossingen om de middenstand te blijven beleveren kan bijvoorbeeld via parkings aan de rand waar goederen worden afgeladen en in kleinere bestelwagens, liefst elektrisch, naar de binnenstad worden gereden.  Antwerpen werkt hieromtrent weldra een project uit (zie hierover een apart artikel elders in dit blad). Nieuw is dit niet. Tweeduizend jaar geleden sloot de stad Rome soms de stadspoorten, wanneer teveel paard- en wagens zorgden voor geluidsoverlast, teveel uitlaat, filevorming en stofontwikkeling.”

“Chicago toont aan dat consumentenprijzen met 30 procent kunnen dalen”

De invoering van het systeem “Just In Time” heeft ervoor gezorgd dat onze wegen verzadigd geraken door alsmaar grotere vrachtwagens. Bedrijven hebben – in verhouding tot vroeger – nauwelijks nog voorraadmagazijnen, want de leveringsdienst van de leveranciers garandeert leveringen binnen de 24 uur. In sommige gevallen zelfs binnen de twee uren, zoals bij de bevoorrading van apothekers bijvoorbeeld. Is dit een trend die niet meer terug kan?

“Integendeel, internet zal ervoor zorgen dat bestellingen en leveringen nog beter op elkaar afgesteld worden. In Chicago heeft een oefening plaats gehad rond Consumer Respones Centers waarbij een virtueel plan getekend werd rond de optimale verspreiding van fast moving consumer goods, ervan uitgaande dat de consument steeds minder tijd heeft en zijn goederen, via internet besteld, thuis wil geleverd krijgen. In Chicago blijken er maar tien grote loodsen in de stad nodig te zijn om resellers (supermarkten) overbodig te maken, en een va-et-vient van transportwagentjes om de bestellingen rond  te brengen en aan de ‘inkom’ van residentiële wijken in gekoelde mailboxen te deponeren, waar je je bestelling uit kan halen wanneer je thuiskomt van je werk. De consumentenprijzen zouden met dertig procent kunnen dalen, en het zou ecologisch ook heel wat vriendelijker zijn, want geen verplaatsingen meer.

De Belgische vloot van Coca-Cola telt 200 vrachtwagens, die dagelijks 28.000 km rijden. Uit een recent experiment is gebleken is dat 10 km per uur trager rijden (voor hun vrachtwagens) slechts 2 minuten tijdverlies opleverde voor deze vrachtwagens. Coca-Cola laat zijn vrachtwagens voortaan 80 in plaats van 90 kilometers per uur over onze snelwegen rijden. Dan verbruiken ze 10% minder en gaat de CO2-uitstoot met 15% naar omlaag. De oplossing van de logica?
“Dit is een typisch voorbeeld van matrix denken. Zoals blokrijden ook plots sneller gaat omdat er een collectieve controle is.”

Transportbedrijven vertellen mij dat ze internationaal overleven dankzij hun zusterbedrijven in de voormalige Oostbloklanden, waar ze chauffeurs rekruteren tegen betere loonvoorwaarden en waar de aangeworven medewerkers zich minder storen aan de moeilijkheden in ons verkeer. De Polen, Hongaren, Tsjechen en Letten zijn baas in het internationaal transport. Hoe moet onze transportsector zich hiertegen wapenen?

 “We moeten meer structureel gaan nadenken over de loonkost. Langs de andere kant zal je zien dat dit gaat stabiliseren. De lonen stijgen in het Oosten, waardoor je meerwaarde gaat verliezen. Op termijn ga je terug gemotiveerde Belgische vrachtwagenbestuurders vinden die voor een aantrekkelijke prijs ons vervoer regelen.”

Over de toekomst van de transportsector publiceren we elders in dit blad een panelgesprek met een reeks betrokken partijen.

Foto’s: Wilfried Deferme

Stel een vraag
aan een specialist

Heeft u vragen? Wij helpen u graag verder.

Ook interessant

Interessante bedrijven

  • Hyundai

  • Velodi

  • Autovak

Bekijk de socials